
Behandeling Ziekte van Ménière
Voor de behandeling van de ziekte van Ménière zijn verschillende opties beschikbaar. Zo kunnen KNO-artsen injecties in het oor toedienen met ontstekingsremmers (corticosteroïden). Ook zijn er chirurgische ingrepen mogelijk, al worden die in de praktijk beperkt toegepast. Een relatief nieuwe operatietechniek is de endolymfatische ductus blokkade (EDB), ontwikkeld door een Canadese KNO-arts. Uit onderzoek blijkt dat de werkzaamheid van deze ingreep mogelijk afhangt van het type afwijking in het binnenoor. Dit sluit aan bij recente wetenschappelijke inzichten waarin Ménière wordt gezien als een verzamelnaam voor verschillende onderliggende oorzaken. Verder kunnen evenwichtsoefeningen helpen om beter te herstellen van draaiduizeligheid na een aanval.
Lees verder
Injecties in het oor met corticosteroïden (ontstekingsremmers)
Bij de ziekte van Ménière kan een KNO-arts ontstekingsremmers (corticosteroïden) in het oor injecteren. De arts brengt het medicijn in het middenoor, waarna het wordt opgenomen in het slakkenhuis.
Onderzoek van arts-onderzoeker Jet Schenck (HagaZiekenhuis) en collega’s toont aan dat deze behandeling de kwaliteit van leven kan verbeteren (lees meer). De meeste patiënten ervaren volgens het onderzoek een positieve verandering na de injecties. Hoewel het onderzoek enkele beperkingen kent, adviseren de onderzoekers om deze behandeling te overwegen bij alle patiënten met duizeligheidsklachten door Ménière. Of dit advies voor iedereen terecht is, moet toekomstig onderzoek nog bevestigen.
Medicatie bij de ziekte van Ménière

Er zijn geen medicijnen die de ziekte van Ménière kunnen genezen. Toch schrijven artsen al jarenlang het middel betahistine voor. Het zou de doorbloeding in het binnenoor verbeteren en tijdelijk de bloed-hersenbarrière beter doorlaatbaar maken. Uit onderzoek blijkt echter dat betahistine niet beter werkt dan een placebo. De Nederlandse richtlijn Ménière van de Federatie Medisch Specialisten raadt het middel daarom niet meer aan als effectieve behandeling bij deze aandoening.
Lees meer over medicijnen bij de ziekte van Ménière
Chirurgische behandelingen bij de ziekte van Ménière
Operaties bij de ziekte van Ménière worden slechts op kleine schaal uitgevoerd. Ze komen vooral in beeld bij patiënten met therapieresistente Ménière, wanneer andere behandelingen zoals medicatie en injecties onvoldoende effect hebben. Er zijn verschillende chirurgische ingrepen mogelijk, die grofweg worden onderverdeeld in ablatieve en niet-ablatieve technieken.
Doorsnijden van de evenwichtszenuw (vestibulaire neurotomie)
In ernstige gevallen kan de vestibulaire neurotomie worden overwogen. Daarbij wordt de evenwichtszenuw (nervus vestibularis) doorgesneden, met behoud van de gehoorzenuw. Dit is een forse ingreep die wordt uitgevoerd door een gespecialiseerde KNO-arts of neurochirurg.
Onderzoek laat zien dat bij 90% van de patiënten de draaiduizeligheidsaanvallen verdwijnen of sterk afnemen. Het risico op gehoorverlies is relatief laag (10–20%). Mogelijke bijwerkingen zijn hoofdpijn (25%) en lekkage van hersenvocht (7%). Deze operatie wordt alleen overwogen als andere therapieën geen effect hebben, en als de aanvallen zo ernstig zijn dat ze het dagelijks functioneren ernstig belemmeren. Een goed functionerend evenwichtsorgaan aan de andere zijde is belangrijk voor herstel.
Verwijderen van het evenwichtsorgaan (labyrintectomie)
Bij een labyrintectomie verwijdert de chirurg het gehele evenwichtsorgaan uit het aangedane oor. Deze ablatieve ingreep wordt soms toegepast bij patiënten met een niet-functionerend gehoor, wanneer andere behandelingen zijn mislukt.
De ingreep leidt in de meeste gevallen tot volledige controle van de duizeligheid (>95%), maar veroorzaakt wel blijvend gehoorverlies en kan tinnitus verergeren. Omdat het evenwichtsorgaan volledig wordt uitgeschakeld, bestaat het risico op langdurige instabiliteit als de hersenen onvoldoende kunnen compenseren. De ingreep wordt daarom alleen overwogen bij ernstig invaliderende klachten én afwezig functionerend gehoor.
Afvoeren van binnenoorvocht (niet meer toegepast)
In een inmiddels verlaten operatietechniek werd geprobeerd het vocht uit het binnenoor af te voeren, om zo de druk te verlagen. Deze ingreep bleek niet effectief. Dat komt overeen met de huidige inzichten: klachten bij Ménière worden niet veroorzaakt door drukopbouw of vochtophoping op zichzelf, maar door een verstoord systeem dat de vochtbalans reguleert. Het afvoeren van vocht verhelpt deze onderliggende oorzaak niet. Deze operatie bleek niet effectief te zijn. Dit is in lijn met de nieuwe inzichten dat de klachten bij Ménière niet worden veroorzaakt door een overdruk of vochtophoping op zichzelf, maar door een verstoring in het systeem dat de vochtbalans regelt. Afvoeren van vocht verhelpt die onderliggende verstoring niet.
Endolymfatic Duct Blockage (EDB) bij ziekte van Ménière
Een Canadese KNO‑arts ontwikkelde enkele jaren geleden een nieuwe operatiemethode: Endolymfatische Ductus Blokkade (EDB) (lees meer). Bij deze niet‑ablatieve ingreep plaatst de chirurg een titanium clip op de ductus endolymphaticus — het afvoerkanaal dat uitkomt bij de dura mater van het binnenoor. Daarmee probeert men de vochtbalans te herstellen zonder blijvende schade aan gehoor of evenwichtsorgaan.
Zorginstituut Nederland en ZonMw hebben een subsidie van 1,4 miljoen euro toegekend voor een gerandomiseerd dubbelblind onderzoek naar de effectiviteit van EDB. Dit onderzoek vond plaats in twaalf Nederlandse ziekenhuizen onder leiding van het HagaZiekenhuis (Prof. Dr. Blom), in samenwerking met het LUMC en het Haaglanden Medisch Centrum. Publicatie van het standpunt van het Zorginstituut staat gepland voor september 2025.
Reeds gepubliceerd onderzoek naar EDB
Reeds gepubliceerd onderzoek van Yang en collega’s (2024) laat zien dat de effectiviteit van EDB mogelijk afhangt van het type afwijking aan de endolymfatische zak. Bij patiënten met een normaal gevormde sac leidde de operatie vaker tot volledige controle van de draaiduizeligheid en verbetering van gehoor- en evenwicht. Bij patiënten met een atrofische sac werd geen verbetering gezien.
Deze bevindingen sluiten aan bij het wetenschappelijke raamwerk van Chari et al. (2025), waarin Ménière wordt beschouwd als een spectrum van binnenoorafwijkingen met verschillende oorzaken en beloop. Omdat het onderzoek van Yang retrospectief was en gebaseerd op een beperkte patiëntgroep, zijn de resultaten veelbelovend maar nog niet doorslaggevend. Het lopende Nederlandse onderzoek moet meer duidelijkheid geven over de waarde van EDB als behandeling.
Prismabril als behandeloptie
Verondersteld wordt dat door de toepassing van een prismabril (de Utermöhlenprismabril) het oog zodanig laat staan dat er weer meer harmonie is tussen het evenwichtsorgaan en de ogen. Hierdoor zouden de duizeligheidsklachten afnemen. Omdat er onvoldoende onderzoek is gedaan om de effectiviteit van deze bril vast te stellen is er momenteel vanuit Nederlandse richtlijn Menière geen sterke aanbevelingen voor de toepassing van deze behandeling. Meer onderzoek is nodig.
Voor meer informatie over de veronderstelde werking van de prismabril klik hier.
Hoortoestel bij Ménière
Een hoortoestel kan baat hebben om het gehoorverlies te compenseren en kan ook de tinnitusklachten verminderen. Ook is het mogelijk dat hoortoestellen een positief effect hebben op het evenwicht.
Onderzoekers moeten nog aantonen of hoortoestellen het evenwicht van Ménière-patiënten daadwerkelijk verbeteren. Wel wijzen aanwijzingen erop dat hoortoestellen bij ouderen het evenwicht verbeteren en daarmee het risico op valincidenten verkleinen.
Leefstijl en dieet
In sommige landen, zoals de Verenigde Staten, geven richtlijnen bij Ménière nog leefstijladviezen zoals zoutbeperking, het vermijden van cafeïne of stress, en aandacht voor allergieën. In Nederland raadt de richtlijn dieetaanpassingen echter niet aan, omdat een recente Cochrane-review (Webster, 2023) geen overtuigend bewijs vond voor de effectiviteit ervan. De huidige aanbevelingen zijn vooral gebaseerd op expertmening en niet op systematisch onderzoek.
Wel wijzen recente wetenschappelijke inzichten, zoals die van Chari et al. (2025), erop dat Ménière waarschijnlijk geen eenduidige aandoening is, maar een verzamelnaam voor verschillende onderliggende afwijkingen in het binnenoor. Mogelijk reageren bepaalde subgroepen anders op leefstijlfactoren, maar dat is nog onvoldoende onderzocht. Toekomstig onderzoek zal moeten uitwijzen of leefstijl- of dieetmaatregelen bij specifieke subtypen wel effect kunnen hebben.
Vestibulaire revalidatie bij de ziekte van Ménière
Vestibulaire revalidatie door een daarvoor gespecialiseerde fysiotherapeut kan goede resultaten geven bij de behandeling van de Ziekte van Ménière. Bij de revalidatie leert de patiënt bijvoorbeeld zijn angst te overwinnen om te vallen. Onderzoek heeft aangetoond dat oefeningen Ménière-patiënten kunnen helpen te herstellen van het instabiele gevoel na een aanval van draaiduizeligheid. De oefeningen kunnen helaas niet een aanval van draaiduizeligheidsaanvallen voorkomen.
Oefeningen helpen tegen draaiduizeligheid
Onze beide evenwichtsorganen sturen informatie over de beweging van ons hoofd naar de hersenen. Ook de ogen geven informatie door over onze positie in de ruimte. Speciale sensoren in onze spieren en gewrichten geven op hun beurt informatie door over de stand van ons hoofd en andere lichaamsdelen ten opzichte van de rest van ons lichaam. Wanneer een of meerdere toeleveranciers van informatie niet meer goed functioneert, ontvangen de hersenen foutieve informatie. Dit kan tot gevolgd hebben dat er een gevoel van duizeligheid ontstaat.
Hersenen zijn flexibel
Onze hersenen zijn gelukkig zo flexibel dat ze staat om zich aan te passen aan de veranderde situatie van het evenwichtssysteem. Daarvoor is wel training nodig waarbij de hersenen met flinke regelmaat aan de nieuwe situatie blootgesteld worden. Dat houdt in vaak en veel bewegen, want hoe meer de patient beweegt, des te sneller zijn de hersenen in staat zich aan te passen.
Bij de meeste mensen met de ziekte van Ménière gaat dit proces vanzelf. Na een aanval nemen ze enige tijd rust, maar pakken daarna de draad weer op en gaan verder met hun dagelijkse activiteiten. Door weer als vanouds te lopen, fietsen, te tennissen of andere sporten te doen zal het instabiele gevoel snel weer verdwijnen.
Voorbeeld van oefeningen om duizeligheid te verhelpen
Algemeen principe: Elke oefening minstens vijfmaal uitvoeren. Langzaam beginnen. Stoppen bij duizeligheid. Daarna geleidelijk het tempo weer opvoeren. Als je niet meer duizelig wordt van een oefening, hoef je deze niet meer te doen.
Voorbeeldoefening (op de rug liggend of zittend)
1. Hoofd stil, de ogen:
a. op en neer, langzaam, dan sneller
b. van links naar rechts, langzaam, dan sneller.
2. Naar de wijsvinger op armlengte boven het hoofd kijken en 1 a en 1 b herhalen terwijl je de vinger beweegt.
3. Wijsvinger langzaam naar ongeveer 5 centimeter boven het hoofd brengen en naar de vinger kijken.
4.Hoofd- en nekspieren ontspannen en ogen sluiten. Eerst langzaam, dan sneller: a.hoofd naar voren, kin op de borst, daarna zover mogelijk naar achteren b.hoofd zover mogelijk naar links draaien en dan zover mogelijk naar rechts c. oefeningen a en b met open ogen herhalen. Hierna volgen nog drie fases van oefeningen uitgevoerd zittend op een stoel, staand en lopend.
Psychologische begeleiding bij Ménière
Bij mensen met de ziekte van Ménière komen psychische klachten zoals angst en somberheid vaker voor dan gemiddeld. Ook blijkt psychisch lijden na de ziekte zelf de belangrijkste oorzaak van aanhoudende duizeligheid te zijn — zelfs vaker dan bij BPPD. BPPD (Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid) is een vorm van duizeligheid die ontstaat door losgeraakte kristallen in het binnenoor en die optreedt bij snelle hoofdbewegingen. In tegenstelling tot Ménière is BPPD meestal goed te behandelen. Bij Ménière spelen psychische factoren vaak een grotere rol in het blijven ervaren van duizeligheidsklachten.
De richtlijn adviseert om bij alle patiënten met Ménière standaard te screenen op psychische klachten, bijvoorbeeld met de HADS-vragenlijst (Hospital Anxiety and Depression Scale). Als daaruit blijkt dat iemand angst, depressieve gevoelens of andere psychische belasting ervaart, is het verstandig om laagdrempelig door te verwijzen naar een psycholoog of andere deskundige.
Psychologische begeleiding — zoals cognitieve gedragstherapie of mindfulness — kan patiënten helpen om beter om te gaan met de onzekerheid, de terugkerende aanvallen en de invloed van Ménière op het dagelijks leven. Hoewel er nog weinig gericht onderzoek is gedaan naar het effect van deze begeleiding bij Ménière, verwachten experts dat het kan bijdragen aan een betere kwaliteit van leven en mogelijk ook minder zorgbehoefte.
Lotgenotendagen voor patiënten met Ménière
De commissie Ménière van Stichting Hoormij organiseert met regelmaat lotgenoten dagen voor patiënten met de ziekte van Ménière.
Boek Ménière in Balans
Het boek Ménière in Balans is een zeer goed informatief boek dat steun biedt bij het omgaan met deze chronische ziekte. Lees hier meer over het boek. Het boek is helaas niet meer leverbaar. Mogelijk is het nog wel tweedehands om de kop te tikken.
Lees ook: