Met ouderderdomsslechthorendheid (presbyacusis) krijgen we vroeg of laat allemaal te maken. De een wat eerder dan de ander. Audioloog dr. André Goedegebure gaf naar aanleiding van een grootschalig onderzoek in Rotterdam een lezing over dit onderwerp. Dit deed hij tijdens de winterbijeenkomst van de Nederlandse Verenging voor Audiologie. Het onderzoek laat zien dat meerdere mankementen in het slakkenhuis ervoor zorgen dat we slechter gaan horen bij het toenemen van de leeftijd. Voor die mankementen blijken meerdere oorzaken aan te wijzen. Een ongezonde levensstijl is er daar één van.

Weinig bekend over presbyacyusis
Er wordt al jarenlang gesproken over ouderdomsslechthorendheid (presbyacusis). Toch is er nog bijzonder weinig bekend over de precieze oorzaken ervan. Onderzoekers van de afdeling audiologie van het Erasmus Medisch Centrum zijn betrokken bij een zogeheten longitudinaal onderzoek. Bij zo’n onderzoek wordt herhaaldelijk en telkens op een overeenkomstige manier metingen verricht. Bij het onderzoek met de naam ‘ERGO’ gebeurt dit onder een zeer groot aantal oudere mensen in de wijk Ommoord in Rotterdam. Zij nemen iedere vijf jaar deel aan tal van onderzoeken en metingen. Zo wordt hun bloeddruk, BMI, huid, ogen en cognitieve vermogens getest. Ook wordt hun DNA bekeken en een MRI uitgevoerd. De onderzoekers testen ook het gehoor, waardoor van duizenden ouderen toonaudiogrammen (piepjestest) en spraak-in-ruis metingen beschikbaar zijn. De onderzoekers willen zo meer te weten komen welke factoren nu bijdragen aan ouderdomsslechthorendheid.

30% ouderen boven de 65 komt in aanmerking voor vergoeding hoortoestel
Uit het onderzoek komt naar voren dat 30% van de ouderen boven de 65 in aanmerking komt voor vergoeding van een hoortoestel. In Nederland komen slechthorenden daarvoor in aanmerking als er aan één oor een gehoorverlies is van gemiddeld 35 dB of meer bij de frequenties 1000, 2000 en 4000 Hz. Dat wil overigens niet zeggen dat mensen zich niet al eerder beperkt voelen door hun verminderde gehoor.
“Omgevingsfactoren van mannen en vrouwen die invloed hebben op het gehoor zijn nu veel meer vergelijkbaar.”
Verschil tussen mannen en vrouwen neemt af
Het verschil in mate van slechthorendheid tussen mannen en vrouwen blijkt af te nemen in vergelijking met studies van meer dan 15 jaar geleden. Goedegebure daarover: “Mannen hadden vroeger meer risico op ongezonde lawaaiblootstelling op het werk, vrouwen zijn meer gaan roken en drinken. De omgevingsfactoren van mannen en vrouwen die invloed hebben op het gehoor zijn nu veel meer vergelijkbaar. Het gehoor op oudere leeftijd wordt daardoor óók meer vergelijkbaar.”
Forse toename aantal ouderen met gehoorverlies én ernst
Het aantal ouderen met gehoorverlies neemt de komende jaren flink toe. In 2030 zal er een toename van zo’n 30% zijn van het aantal slechthorenden. Niet alleen de aantallen ouderen nemen toe, maar door de toenemende leeftijd ook de ernst van de slechthorendheid. In een eerdere lezing liet Goedegebure weten dat daarmee ook het aantal dragers met een cochleair implantaat daardoor flink zal toenemen.
“Het wijst erop dat een gezonde levensstijl het ontstaan en verloop van ouderdomsslechthorendheid kan vertragen.”
Hoog BMI en aderverkalking risicofactoren presbyacusis
Eerder onderzoek heeft laten zien dat lawaaiblootstelling, opleidingsniveau, geslacht, diabetes, roken en hart- en vaatproblemen risicofactoren zijn voor slechthorendheid.
Uit het ERGO onderzoek komt naar voren dat ook een hoog Body Mass Index (BMI) en aderverkalking (atherosclerose) bijdragen aan leeftijdgerelateerde slechthorendheid. Goedegebure:”Het wijst erop dat een gezonde levensstijl het ontstaan en verloop van ouderdomsslechthorendheid kan vertragen.”
Erfelijkheid draagt ook bij aan presbyacusis
De onderzoekers hebben ook gekeken naar het effect van erfelijke factoren op ouderdomsslechthorendheid. De onderzoekers vonden een aantal bekende maar ook nieuwe genen die bijdragen aan het verminderde gehoor bij ouderen.
Audioloog Goedegebure daarover: ”De bevindingen zijn nog niet consistent genoeg om nu al te spreken over een of meerdere genen die heel bepalend zijn voor het verloop van ouderdomsslechthorendheid. Dit is passend bij het beeld dat slechthorendheid bij toenemende leeftijd wordt veroorzaakt door een groot aantal verschillende defecten in het slakkenhuis, waar op hun beurt weer verschillende factoren op van invloed zijn”.
“Het lijkt erop dat bij presbyacusis er vooral sprake is van een combinatie van defecten en niet een specifieke afwijking.”
Meerdere mankementen in slakkenhuis
Bij toenemende leeftijd krijgen we door de eerdergenoemde factoren te maken met een opstapeling van mankementen in het slakkenhuis. Goedegebure: “Er kunnen zich verschillende defecten in het slakkenhuis voordoen. De haarcellen kunnen beschadigd raken, maar ook de synapsen en de wand van het slakkenhuis kunnen kwalitatief achteruitgaan met een negatief effect op het horen. Het lijkt erop dat bij presbyacusis er vooral sprake is van een combinatie van deze defecten en niet een specifieke afwijking.”
Verder onderzoek naar presbyacusis
De onderzoekers van het ERGO onderzoeksproject zullen de bewoners van Ommoord in Rotterdam ook in de toekomst blijven volgen. Goedegebure: “Met het ERGO onderzoek hopen we in de toekomst beter te snappen waar presbyacusis door veroorzaakt wordt en met welke factoren het verloop mogelijk te beïnvloeden is. Ook willen we begrijpen wat de impact van de slechthorendheid is op het brein en cognitief functioneren. Hiervoor is het nodig om nog over langere tijd gegevens te verzamelen, zodat we effecten over de tijd nauwkeuriger kunnen meten.”