Lotgenotencontact levert een flinke maatschappelijke meerwaarde op. Dat blijkt uit onderzoek van PGO-support. Zowel de deelnemers, werkgevers, zorgverzekeraars, gemeenten als professionals in de zorg hebben er profijt van. Lotgenotencontact verdient meer aandacht en een beter imago. Structurele voorzieningen zijn daarvoor nodig. Gezien de positieve effecten is er volgens de directeur van PGOsupport alle reden toe om het lotgenotencontact in Nederland op een hoger plan te tillen.
Lotgenotencontact waardevol
Patiëntenorganisaties, moderatoren van facebook-groepen en organisatoren van bijeenkomsten zien lotgenotencontact zelf al snel als zeer waardevol. Ze zijn er veelal van overtuigd dat het positief bijdraagt aan de kwaliteit van leven van de deelnemers. Om na te gaan of dit daadwerkelijk ook zo is heeft PGOsupport daar onderzoek naar gedaan.
Dries Hettinga, directeur PGOsupport daarover: “De waarde van lotgenotencontact wordt lang niet overal herkend en erkend. Daarom is het belangrijk om die waarde inzichtelijk te maken bij partijen die er wat verder vanaf staan.”
Maatschappelijke meerwaarde
Volgens de internationaal erkende methode van Social Return On Investment (SROI) onderzocht PGOsupport de maatschappelijke meerwaarde van het lotgenotencontact.
Daarbij berekende de organisatie wat aan de ene kant de kosten zijn van de investering in tijd en geld door organisaties, vrijwilligers en patiënten zelf. Aan de andere kant keken de onderzoekers naar de opbrengsten. Opbrengsten die zich kunnen uiten in minder zorggebruik, minder ziekteverzuim en verbeterde kwaliteit van leven.
Waarde van lotgenotencontact
Uit het onderzoek blijkt dat lotgenotencontact onder meer leidt tot een toename van kwaliteit van leven, minder verzuim en een hogere arbeidsproductiviteit, een snellere diagnose en een korter zorgproces. Door het lotgenotencontact krijgen patiënten namelijk sneller en meer inzicht in hun aandoening en leren beter met de negatieve effecten ervan om te gaan. Dit bespaart zorgkosten voor de zorgverzekeraars en Wmo- en uitkeringskosten voor de gemeente. Ook kan lotgenoten contact ertoe leiden dat patiënten beter de weg weten te vinden waar ze terecht kunnen met hun specifieke klachten en dat een diagnose sneller wordt gesteld.
Meer aandacht en hoger plan
Henk Mathijssen van PlusMinus.nl, de vereniging voor mensen met een bipolaire stoornis, geeft bij PGOsupport aan dat huisartsen inmiddels ook cliënten naar lotgenotengroepen verwijzen. Ook zegt hij dat lotgenotencontact meer aandacht, een beter imago en structurele voorzieningen verdient.
Directeur Dries Hettinga van PGOsupport zegt over de resultaten “Patiënten- en cliëntenorganisaties mogen trots zijn op wat ze met lotgenotencontact weten te bereiken, niet alleen voor de individuele patiënt, maar ook voor andere partijen in de samenleving. Dit onderzoek geeft hen alle reden om met zorgverzekeraars, werkgevers en gemeenten om de tafel te gaan om lotgenotencontact in Nederland op een hoger plan te krijgen.”
Lotgenotencontact op gebied van gehoor
In Nederland zijn er ook flink wat initiatieven ten aanzien van lotgenotencontact op het gebied van horen. Zo organiseert Stichting Hoormij fysieke en online bijeenkomsten voor mensen met tinnitus- en hyperacusis, OPCI organiseert bijeenkomsten voor (toekomstige) dragers van een cochleair implantaat en er zijn op facebook tal groepen te vinden die het lotgenotencontact tot doel hebben. Denk daarbij aan groepen voor doven en slechthorenden, tinnitus, cochleair implantaten en beengeleiding.