In maart vond in Egmond aan Zee het internationale congres ‘Let’s Connect 2!’ plaats. Tegelijkertijd vierde organisator Stichting Plots- en Laatdoven haar 35-jarig bestaan. Een van de speerpunten van het congres was het onderzoeken hoe in de samenleving meer bekendheid en bewustwording is te bereiken op het gebied van ernstige slechthorendheid en doofheid. De rode draad tijdens het congres was daarbij het doorbreken van de onwetendheid over (plots- en laat) doof- en slechthorendheid. Daarvoor is het natuurlijk ook nodig de behoeften van deze groep goed in kaart te brengen. Tijdens het congres gebeurde dat samen met donateurs, netwerkpartners uit binnen- en buitenland en belangstellenden. We gingen in gesprek met Ans Kamer werkzaam als vrijwilliger bij de stichting en informeerden naar de uitkomsten van het congres.
Welke hobbels zijn tijdens het congres naar voren gekomen waar meer bewustzijn voor nodig is in de samenleving?
De grootste hobbel die te nemen is, is de onwetendheid. Onwetendheid over de impact van gehoorverlies en over wat gehoorverlies ís. Dat geen enkel gehoorverlies hetzelfde is en ook dat het verschillend beleefd kan worden. Dat niet alle verlies ‘opgelost’ kan worden met een hoortoestel. Gehoorverlies komt voor op alle leeftijden. Doordat de audiciensbedrijven in hun reclame zich nu vooral richten op ouderen en hen proberen te lokken met kleine en discrete hoortoestellen, wordt het algemene beeld versterkt en bevestigd: slechthorendheid moet je verbergen, heeft te maken met oud zijn én hoortoestellen lossen alle hoorproblemen op.
“De grootste hobbel die te nemen is, is de onwetendheid.”
Ik ben zelf doof zonder, en zwaar slechthorend mét hoortoestellen. Daarnaast maak ik gebruik van soloapparatuur, ondertiteling en een schrijftolk om mee te kunnen doen. Bovendien denken veel mensen dat je ‘anders gaat praten’ als je doof wordt. Veel op jonge leeftijd slechthorend geworden mensen worden niet geloofd en worden steeds weer uitgedaagd om te bewijzen dat ze zich niet aanstellen. Tegenwerking en onbegrip leiden tot meer verdriet, eenzaamheid, schaamte en minder goede kansen.
Tijdens het congres is gekeken waar de behoeften van de groep dove en slechthorende mensen liggen. Wat kwam daar zoal uit?
Vooral de behoefte om gehoord en gezien te worden. Dat er meer begrip moet komen voor de situatie van de doven en slechthorenden. Zodra er betere kennis is over wat doofheid is en wat dit met een mens kan doen, ontstaat de ruimte om rékening met deze groep te houden en ontstaat een situatie waarin men kan meedenken over de oplossingen waardoor ze vanzelfsprekend en zonder voorwaarden mee kunnen doen in de samenleving. Tenslotte wordt óveral gecommuniceerd en moet die communicatie beschikbaar zijn voor iedereen.
Wat zijn volgens jou de drie het meest in het oogspringende ideeën die naar voren zijn gekomen tijdens het congres waarmee hobbels voor slechthorende en dove mensen zijn te slechten?
Dat zijn kennis vergroten, delen van de behoeften en verbeteren van de communicatie daar waar gecommuniceerd wordt, dus echt overal!
Zie je mogelijkheden om deze ideeën te verwezenlijken in de praktijk?
Er zijn zeker mogelijkheden. Hiervoor hebben we de juiste mensen nodig die met ons aan de slag gaan. Met de steun van de Number 5 foundation, opgericht door Constatijn en Laurentien van Oranje, hebben nu een mooie opening.
De missie van de Number 5 Foundation is: ‘Connect for impact’. Verbind de groep mensen met een complex maatschappelijk vraagstuk. Formuleer met elkaar een universeel doel en verbind ze vervolgens met de mensen en instanties die het verschil kunnen maken om op basis van gelijkwaardigheid dat doel te bereiken.
“Zet rolmodellen in, bijvoorbeeld in een tv serie of reclamespot.”
Wat is er volgens jou nodig om uiteindelijk tot het doorbreken van de onwetendheid over doof- en slechthorendheid te komen?
Educatie, overal! In de media, op scholen, bij de overheid, in het bedrijfsleven en de samenleving.
Wat zie je voor mogelijkheden in de media?
Via de media, met name tv kan het besef dat nu al 1 op de 10 mensen een auditieve uitdaging heeft, worden vergroot. Denk daarbij aan een documentaire waarin alle vormen van doof en slechthorend zijn aan bod komen, kan al veel doen. Of nodig een doof of slechthorende deskundige uit om deel te nemen in een tolkshow over zijn/haar expertise: mét tolk gebarentaal en schrijftolk in beeld!
Ans vervolgt: Zet rolmodellen in, bijvoorbeeld in een tv serie of reclamespot -Macdonalds heeft er nu een! -. Ook verbinden mensen zich vaak met een speler in een soap of serie: mag daar misschien ook een dove acteur in voorkomen?
En hoe kan het onderwijs bijdragen aan het doorbreken van de onwetendheid?
Begin bij het basisonderwijs, dit is natuurlijk wel een lange termijn weg. Door daar met ondersteunende gebaren te communiceren wordt dit vanzelfsprekend en groeit het besef dat je ook zonder geluid contact kunt maken met elkaar. Zo groeit een samenleving waar beter met elkaar wordt gecommuniceerd: een gebaar zegt immers vaak meer dan 1000 woorden. Bovendien: in een klas waar wordt gebaard, spaart de juf of meester ook nog eens haar of zijn stem en letten de kinderen beter op. Er zal meer rust heersen, wat op zijn beurt een goede leeromgeving bevordert.
“Door daar met ondersteunende gebaren te communiceren wordt dit vanzelfsprekend en groeit het besef dat je ook zonder geluid contact kunt maken met elkaar.”
Parallel kan voorlichting worden gegeven aan hoger- en beroepsonderwijs, kan gebarentaal als keuzevak worden geïntroduceerd. In een later stadium het onderwijs met gebaren mee laten groeien met de leerlingen die het basisonderwijs hebben verlaten. Daarnaast kunnen in alle branches van zorg, maatschappij en bedrijfsleven geaccrediteerde bijscholingen worden gegeven over dit onderwerp. Een mooi voorbeeld is de Clinical Conference van Specsavers die deze maand plaatsvond en die online beschikbaar is. En laat vrijwilligers op alle mogelijke podia vertellen over wat het betekent om doof te zijn.
Waar kan deze extra aandacht in de media en onderwijs volgens jou uiteindelijk toe leiden?
Zodra er meer begrip en inlevingsvermogen ontstaat, kunnen de barrières die we nu dagelijks ondervinden worden opgeruimd. Kunnen we zelfstandig een afspraak maken voor een consult bij een arts. Zullen hekken en deuren die nu bewaakt worden met een intercom ook voor ons opengaan. Zal een tolk in het theater en ondertiteling bij een Nederlandse film in de bioscoop vanzelfsprekend zijn. Kunnen we zonder gedoe een tolk of hulphond meenemen naar een restaurant, festival, theater en een cursus. Hoeft de schrijftolk niet achter een gordijn of in een donker hoekje haar werk te doen. Kunnen we álle programma’s op tv volgen dankzij adequate ondertiteling. Zullen misverstanden door miscommunicatie verminderen. Krijgen we betere kansen in opleidingen en in werk, worden we aangenomen op de functies waarvoor we zijn opgeleid. Zal de samenleving ontdekken dat we gewone mensen zijn met een intelligentie zoals anderen, alleen met kapotte oren.
“Zodra er meer begrip en inlevingsvermogen ontstaat, kunnen de barrières die we nu dagelijks ondervinden worden opgeruimd.”
Ans besluit: Wat zal de wereld voor doven en slechthorenden er anders uit gaan zien als zij zonder uitleg, geregel en gedoe en met dezelfde vanzelfsprekendheid als anderen kunnen leven! Bedenk: een op de 10 mensen zijn slechthorend of doof en lopen hier in meer of mindere mate tegenaan. Over tien jaar zijn het er veel meer en rond 2050 is het aantal doven en slechthorenden verdubbeld en komt ‘ouderdomsslechthorendheid’ op steeds jongere leeftijd tot uiting. Je weet nooit of het jou ook zal treffen. Als de samenleving zich nu niet voorbereidt, loopt straks alles vast.
Kernachtig verwoord Ans! Dankjewel!
Vanuit mijn 70 jaar geheel ‘plotsdoof’ zijn kan ik dit alles bevestigen vanuit persoonlijke ervaring. Het leven als plotsdove is steeds weer ‘bergen verzetten met gympies aan’ . Het samen doen me deelgenoten èn goed-horende kan veel kracht en mogelijkheden geven om deze bergen te verzetten! Zo is het samen onderweg zijn een mooie uitdaging voor het ‘erbij horen’.