Opinie
ingezonden door: Marcel Pomper, audicien
Nu het er op begint te lijken dat Zorgverzekeraars Nederland (ZN) koste wat kost de digitale versie van het Hoorprotocol op 1 mei in wil voeren lijkt het hele protocol gedoemd op een fiasco uit te lopen.
Sinds 2 april 2013 is het digitale protocol in de lucht gegaan, maar deze blijkt zeer fraudegevoelig en vol met hiaten te zitten. De bedoeling van het Hoorprotocol was dat op universele wijze slechthorenden op basis van hun gehoorverlies en een vragenlijst ingedeeld zouden worden in een soort zorgzwaartepakket. De hoortoestellen en de zwaarte van de benodigde hoorzorg zijn ingedeeld in vijf categorieën. Er zou dus functioneel omschreven moeten worden, categorie 1 voor eenvoudige gehoorproblematiek tot categorie 5 voor de meest complexe gehoorverliezen.
Tijdens een trainingsdag voor audicien op 6 april door de ontwikkelaar van de software van het Hoorprotocol, InfoSupport, bleek uit de door audiciens gestelde vragen dat op dit moment het gehoorverlies van de slechthorende niet eens meegenomen wordt in de toewijzing van een categorie. Op dit moment gebeurt de toewijzing alleen op basis van de Amsterdamse vragenlijst. Het hele softwarepakket bleek overigens nog niet uit ontwikkeld te zijn maar wordt zoals het nu lijkt toch op 1 mei 2013 definitief ingevoerd.
Deze Amsterdamse vragenlijst met drieëndertig vragen ligt sinds het invoeren van de verplichte papieren lijst sinds januari 2013 al zwaar onder vuur. De vragen in de lijst zijn zeer subjectief en er wordt geen rekening gehouden met speciale zorgbehoeftes voor kinderen en bijvoorbeeld mensen die gehoorproblemen ondervinden tijdens hun beroep. Veel met name oudere slechthorenden hebben veel moeite met het interpreteren van de vragen uit de lijst. Ondanks noodkreten vanuit de audiciensbranche lijkt ZN Nederland zich doof te houden en wil koste wat kost de digitale versie van het Hoorprotocol zo snel mogelijk invoeren.
Ook zijn er tot op heden geen wetenschappelijke onderzoeksgegevens bekend over hoe de invoer van het Hoorprotocol zich verhoudt tot de uitkomst in praktijksituaties.
Dit kan ook niet, omdat pas in oktober 2012 is besloten dat er op 1 januari 2013 met een protocol gewerkt zou moeten worden. En hier begeeft ZN Nederland zich op een zeer gevaarlijk vlak, ‘het invoeren van een protocol op basis van medische en psychosociale gegevens zonder enige wetenschappelijke onderbouwing’. Het experiment moet dus in de praktijk uitgevoerd worden.
Met de invoering van het Hoorprotocol lijkt de expertise van de audicien door jarenlange opleiding en ervaring volledig buitenspel te worden gezet. De uitkomst van het protocol is leidend. Het is alsof een chirurg aan de patiënt vraagt terwijl deze al op de operatietafel ligt “vult u deze lijst maar in, dat bepaalt waar ik straks het mes in ga zetten”. Zorgverzekeraars weten hiervan maar ondernemen willens en wetens geen actie!
De invoering van het Hoorprotocol moest tot een forse bezuiniging leiden op de uitgaven van de hoorzorg. Het tegendeel lijkt echter bewaarheid te worden. Het protocol is nu zo lek als een mandje en zeer fraudegevoelig. Bevalt de client de uitkomst van het protocol in eerste instantie niet, dan kan hij of zij naar een andere audicien gaan en daar opnieuw de vragenlijst invullen, net zo lang tot de gewenste categorie is bereikt. Omdat er maar liefst 75% van het hoortoestel vergoed wordt, is het prijsverschil tussen een categorie 1 en een categorie 5 toestel ook vele malen kleiner geworden dan in het oude stelsel. Wanneer iemand dus voor maar €100 extra een veel geavanceerdere hooroplossing krijgt loont het de moeite om de vragenlijst ergens anders nog eens opnieuw te doen. Op dit moment is de slechthorende tijdelijk dus even ‘spekkoper’!
De uitgaven voor hoorzorg zullen daarom naar verwachting exponentieel groeien in plaats van dalen wanneer de invoering van het Hoorprotocol wordt doorgezet. En wanneer de kosten gaan stijgen in plaats van dalen zou de vergoeding voor hoortoestellen wel eens snel uit het basispakket geschrapt gaan kunnen worden.
In de basis is het idee om de verstrekking van hoortoestellen functioneel te omschrijven goed. Echter de invoering hiervan vergt jarenlange voorbereiding zodat er een gedegen basis ligt welke wetenschappelijk onderbouwt is. Het huidige Hoorprotocol is in slechts enkele maanden nadat het van de tekentafel kwam operationeel geworden. Wanneer men een fiasco wil voorkomen doet ZN er nu verstandig aan om het Hoorprotocol voor langere periode uit te stellen totdat er een gedegen en wetenschappelijk onderbouwd protocol ligt.